Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Daarna slachtte men het pascha, en de priesters [21]sprengden [het bloed] [22]uit hun handen, en de Levieten trokken de huiden af. 21. Te weten, op het altaar. Zie boven, hfdst.29 vs.22. 22. Dat is, dat zij uit de hand der slachters namen; want het woord sprengen bevat hier in zich ook de betekenis van het woord nemen. Zie Gen.12:15, en boven, hfdst.30 vs.16.